Utrecht University            

December 19, 2024

BooksArticlesReviewsPapers presented

Voetnoten bij
BELEVING OP TELEVISIE. OVER VERNEDER-TV.[1]

Waar ik het over 'film' heb doel ik in eerste instantie zowel op cinema als op televisie. In de laatste paragraaf komen de verschillen aan de orde. Vgl. (Lüdeking 1996), voor een niet geheel succesvolle maar wel zeer instructieve vergelijking van film en televisie.

[2] (Sellars 1956 en McDowell 1994) spreken in dit verband over "the Myth of the Given".

[3] Empathie moet niet met sympathie verward worden. Je kunt empathie ervaren met iemand die je veroordeelt en waarvoor je geen sympathie voelt. Sympathie veronderstelt een positief oordeel over de persoon waar je het voor koestert, empathie niet. Vgl. (Chismar 1988).

[4] Hierover is momenteel veel te doen in de Angelsaksische 'philosophy of mind'. Filosofen bespreken twee mogelijkheden: bij empathie hebben we ofwel een theorie over andermans ervaring, ofwel simuleren we die ervaring. Ik ga hier uit van de plausibiliteit van de tweede optie, de simulatie-theorie. Vgl. (Davies and Stone 1995), (Carruthers and Smith 1996), (Peacocke 1994) en (Currie 1995b). Simulatie-theorie is gemodelleerd naar de manier waarop wij met fictie omgaan. Vgl. hierover (Walton 1990).

[5] Deze summiere definitie van verbeelding is al sinds Kant gemeengoed. Vgl. hierover (Kant 1966), [[section]] 24. Soms beschouwen we verbeelding als 'fantasie', maar dit, zo laat zich betogen, is slechts een van de activiteiten waar de verbeelding toe in staat is. In zijn algemeenheid gedefinieerd is de verbeelding een uiterst cruciaal vermogen: het doet ons geloven dat er ook achter een gesloten deur nog een vloer ligt, eentje waar je niet doorheen zakt, en dat ons huis er nog staat wanneer we op de fiets zitten, en zovoort. Dit zijn geen fantasieën. Niettemin zijn het toevoegingen aan wat we werkelijk waarnemen.

[6] Vgl. (Budd 1995) (p. 45-47) waar hij korte metten maakt met een dergelijke illusie-opvatting van pictoriale representatie.

[7] Dit heeft niets met 'realisme' te maken. Vergelijk voor een plausibele theorie over realisme in film: (Currie 1995a), hoofdstuk 3. Ook de bewijskracht van mechanische reproductie staat tegenwoordig onder druk. Men hoeft maar naar video-clips te kijken om grondig te beseffen dat ieder aspect van het beeld gemanipuleerd kan worden. Men kan stellen dat fotografie tegenwoordig geëmancipeerd wordt van zijn reproducerende taak, precies zoals ze zelf honderdvijftig jaar geleden de schilderkunst van die taak onthief.

[8] (Scruton 1983) zou zeggen: reproductie stuurt ons niet, maar laat slechts zien (of horen); maar hij betoogt dan ook slechts tegen het intentionele karakter van fotografische reproductie. Ik betoog tegen een effect van dit niet-intentionele, namelijk dat empathie met beleving er onmogelijk door wordt.

[9] We zullen nog zien hoe de narratieve constructie van personages, hoe vanzelfsprekend ook in film, in typische televisie-programma's afwezig is.

[10] Ook de klasse van Claude Lanzmann's Shoah is gebaseerd op het niet in beeld brengen van het onderwerp. In (Gerwen 1996b) heb ik betoogd dat het tweede gebod uit de bijbel, het beeldverbod, opgevat moet worden als een waarheid over cultuur eerder dan slechts een religieuze stelling.

[11] Dit idee van de autonomie van de ervaring van een kunstwerk vinden we ook in Kants typering van de esthetische ervaring als een vrij spel der kenvermogens. (In (Kant 1974), [[section]] 15). Noch Kants noch mijn opvatting moet evenwel begrepen worden als zou de (empathische) esthetische ervaring los staan van de aard en eigenschappen van het object ervan. Vgl. Van (Gerwen 1995), p. 336-338, en Van (Gerwen 1996a), hoofdstukken 7 en 8.

[12] Reality-television, waar men reddingsteams van dichtbij volgt bij ongelukken en rampspoed, is een soort verneder-tv, niet de meest typerende. Het vernederende in reality-tv zit hem in de inbreuk op de intimiteit van het lijden van de slachtoffers van ongelukken. Deze inbreuk werkt via de genoemde verwarring.

[13] Varianten: BH doorknippen en onder de kleren uit frommelen; op vijf adressen aanbellen met het verzoek of je de wc-bril om je nek mag hangen; water drinken totdat je ervan in je broek plast.

[14] Menselijk falen wordt in 'bloopers' onveranderd door omstandigheden veroorzaakt. Slachtoffers falen in bloopers door strikt fysiologische soorten van overmacht; struikelen is favoriet. Ook in programma's, zoals Candid Camera, waarin mensen doelbewust voor de gek worden gehouden bewerken ze niet zelf hun ongeluk. In tegenstelling tot quizzen en sport- en andere wedstrijden, playbackshows, vraagt verneder-tv je niet om een vaardigheid te tonen, maar een vermeende karaktertrek.

[15] (Benjamin 1936: 34) bejubelde de mogelijkheid die de Russische film de 'gewone man' biedt om een beeld van zichzelf te presenteren. In de volgende paragraaf zal blijken dat dit m.b.t. televisie (laat staan verneder-tv) onterecht optimistisch is.

[16] Het ware wellicht goed verneder-tv te verbieden, maar ik zou niet weten waar dergelijke censuur zou moeten aanvangen, en wat ernstiger is: waar ze zou moeten ophouden. Deze mogelijkheid van een morele beoordeling van kunstwerken lijkt te berusten op een zogenaamde intentionele drogreden, die het werk beoordeelt op grond van wat eraan voorafging (de intenties van de kunstenaar t.a.v. het materiaal), niet op grond van wat erin zit: de eigenschappen van het kunstwerk zelf. Waar het voorafgaande zo onschuldig is ten aanzien van het resulterende werk als in schilderkunst, muziek of literatuur is er inderdaad sprake van een drogreden wanneer men meent dat de betekenis van het kunstwerk van intenties afgeleid kan worden. Film en televisie werken evenwel met levend materiaal. Op een andere plaats besteed ik uitgebreid aandacht aan de morele dimensies van kunst. (Gerwen 1997).

[17] Dit geldt niet voor soaps en crimi's die evident naar het voorbeeld van cinema gemaakt zijn en niet typisch zijn voor televisie.

Back to paper BELEVING OP TELEVISIE. OVER VERNEDER-TV