Utrecht University            

Rob van Gerwen's | Welcome | Teaching | Research | Contact | Weblog | Sitemap | Consilium Philosophicum

Courses | Index | Kunst en het kwaad | Filosofie in praktijk | Het Schone: kunstfilosofie | HHRS: Kunst en digitalisering | HOVO: diverse
Extra-curricular Blackboard | Leeronderzoek esthetica | Mind and Art | Art and morality | Capita Selecta Aesthetics

Rob van Gerwen

07 November 2022: 14:47

Home  blog Begrippen Blackboard
dr. Rob van Gerwen

Het Schone: filosofie van de kunsten (esthetica)

WY2V14017
periode 4, 2017-18

Inhoudsopgave (regels en opzet van de cursus)

| inhoud | leerdoelen | vooraf | inschrijving | literatuur | deadlines | locatie | bijeenkomsten |

Kunst, moet dat nou?

In Het Schone: filosofie van de kunsten (esthetica) worden historische, en enkele hedendaagse, benaderingen van de meest interessante filosofische kwesties rond schoonheid en kunst behandeld en ruim geïllustreerd met voorbeelden die ons nu aanspreken. We zullen het hebben over Plato, Aristoteles, Hume, Kant, Hegel, Schopenhauer, Gadamer, Adorno, Wollheim en Walton. De geschiedenis van de esthetica als een zelfstandige filosofische discipline begint in de achttiende eeuw met de conceptualisering van het moderne systeem van de schone kunsten. De vraag die daarmee vanaf het begin centraal staat is die van de esthetische normativiteit: hoe beslissen we over de artistieke verdienste van een kunstwerk? Tegen het eind van de cursus kijken we naar de gedaante die deze filosofische kwestie in de hedendaagse analytische kunstfilosofie heeft. (De bijeenkomsten staan gedetailleerd beschreven op deze website).

Corto Maltese

Corto Maltese.

Hugo Pratt.

Leerdoelen

Studenten weten na afloop van de cursus hoe verschillend er over het belang van kunst en over esthetische normativiteit wordt nagedacht. Zij kennen in grote lijnen de belangrijkste filosofische theorieën over kunst uit de moderne periode. Kunstwetenschappers onder de studenten leren bovendien om kritisch naar hun eigen vakgebied te kijken.

Toetsing

* Studenten worden doorlopend formatief (niet-becijferd) getoetst: ze schrijven voor drie maandag-werkgroepen een korte reflectie over de stof van de voorafgaande week (maximaal 600 woorden). We beginnen met een oefenreflectie, (op Maandag 30 april 2018). Deze wordt alleen formatief beoordeeld: eerst in groepjes onderling, dan plenair. De overige drie reflecties lever je digitaal in—alleen die worden becijferd. Eentje halverwege, de andere twee tegen het eind van de cursus (zie deadlines).
* Eventuele veranderingen deel ik mee via Blackboard. Klik ook af en toe op de blog-button bovenaan de pagina, of gebruik de RSS-feedfeed!

Bijeenkomsten

In de hoorcolleges komt de argumentatie van de te bespreken literatuur aan de orde, alsook de relevantie daarvan voor de filosofische benadering van de kunsten.
Geschreven werk dat becijferd wordt, dient per email ingeleverd te worden, in een Word-doc, aangehecht aan de mail.
Nadere uitleg volgt op het eerste college.

Let op: om het beste uit deze cursus te halen wordt er door studenten geen gebruik gemaakt van laptops en iphones tijdens de bijeenkomsten. Het is bewezen dat de concentratie er veel beter van wordt en dat je door met de hand aantekeningen te maken veel meer oppikt van de stof. Dit beleid is in overeenstemming met universiteiten in de VS en elders in Nederland, en met ons eigen honours-onderwijs.

Aanbevolen wordt om vooraf handouts van de colleges uit te printen, zodat je niet alles van de beamer presentaties hoeft over te schrijven. Zie Blackboard.

Zorg ervoor dat je de facultaire regels over fraude en plagiaat kent.

Voorbereiding werkgroepen. In de werkgroepen bespreken we korte primaire teksten en de reflecties van de studenten.
Breng, als we een reflectie bespreken twee geprinte exemplaren van je eigen reflectie mee naar de werkgroep, waarvan er één voor je werkgroepleider is. In totaal schrijft de student vier reflecties, waarvan alleen de oefenreflectie niet becijferd wordt.
De reflectie bevat typisch een filosofische (!) probleemstelling, een doelstelling (of these) en een in de tekst verder uitgewerkte strategie.
In deze korte reflecties (van ongeveer 600 woorden) bespreken studenten een filosofische kwestie die aansluit bij een van de theorieën die in de colleges van de voorafgaande week aan de orde zijn geweest. Je kunt je vrij laten leiden door de onderwerpen die besproken zijn; maar het is zaak een duidelijke kwestie aan de orde te stellen en hierover een eigen positie te ontwikkelen. Je kunt je hierbij laten inspireren door dit soort deelvragen (je hoeft ze niet te beantwoorden!):

  1. Wat leren wij van de besproken theorie?
  2. Om welke filosofische kwestie gaat het jou?
  3. Als wij de centrale stelling van de tekst of theorie zouden aanvaarden wat zou dat dan voor implicaties voor ons moeten hebben?

Vooral de laatste vraag geeft een goede indicatie van wat er van een reflectie verwacht wordt: een filosofisch inzicht. (Kijk voor meer uitleg op Blackboard)

Aanwezigheidsplicht Om ervoor te zorgen dat iedereen in de zaal over dezelfde achtergrondkennis beschikt, geldt voor deze cursus een aanwezigheidsplicht. Mocht je onverhoopt een hoorcollege moeten missen, mail dan uiterlijk twee dagen later het bewijs dat je het ervoor gevraagde werk wel hebt gedaan: een korte samenvatting over de te lezen literatuur. Mailen aan Rob van Gerwen. Mocht je een werkgroep missen, mail dan de vereiste bijdrage dan z.s.m. naar je werkgroepleider.
Wie gemiste bijeenkomsten niet "compenseert", verspeelt het recht op herkansing.

Bij de toetsen worden alle behandelde teksten en onderwerpen bekend verondersteld.

Advies: We checken de samenvattingen maar op één criterium: "heeft de student zich met de voorgeschreven literatuur bezig gehouden?" Slechts weinig samenvattingen die ik langs deze route ontvang voldoen als samenvatting. (Dus denk niet, als je je voor een toets aan het voorbereiden bent: "Mijn samenvattingen zijn door de docent goedgekeurd". Dat zijn ze dus niet. De verantwoordelijkheid blijft altijd bij de student.

Voorgeschreven literatuur

Rob van Gerwen. Moderne filosofen over kunst. Uitg. Klement, 2017 (tweede druk).

Aanbevolen literatuur (niet voorgeschreven)

Cahn, Steven M., and Aaron Meskin, eds. 2007. Aesthetics: A Comprehensive Anthology. Oxford: Blackwell.


Ga naar Blackboard voor meer informatie over de literatuur (zie link in menu boven, bij Extra-curriculair).

Inschrijving

De inschrijving voor deze cursus verloopt via Osiris. De wijzigingsdagen voor periode 4 zijn 3 en 4 april 2018.
Heb je problemen met inschrijving? Check het studiepunt. Je vindt hier ook de randvoorwaarden.
Studenten (HBO en WO) van buiten de Universiteit Utrecht kunnen wijsbegeerte vakken volgen. Voor inschrijving kan men bij de onderwijsadministratie een inschrijfformulier aanvragen. (E: Onderwijssecretariaat.gw@uu.nl Tel.: 030-2531831). Zie ook het studieprogramma van de minor Het Ware, het Schone en het Goede, in Osiris.

Locatie

Maandag

13.15-15.00 uur: hoorcollege

JansKerkhof 2-3, 021

15.15-17.00 uur: werkgroep

WG 1: Drift 25, 206 (Rob van Gerwen)
WG 2: Drift 25, 101 (Chris Meyns)

Donderdag

11.00-12.45: hoorcollege

JansKerkhof 2-3, 021

deadlines en data
Oefenreflectie Maandag 30 april 2018, op de werkgroep Uitgeprint in tweevoud
Tussentoets Maandag 28 mei 2018
13.30-16.30 uur
Ruppertgebouw, Blauw
Drie reflecties Maandag 14 mei 2018, maandag 11 juni 2018 en
Donderdag 21 juni 2018
Eerst uitgeprint naar de werkgroep. Dan verbeterde versie als Word.doc aangehecht aan een email aan de docent (geen pdf!!)
Eindtoets maandag 25 juni 2018
13.15-16.15 uur
Alle stof vanaf (en zonder) Hegel.
Drift 21, zaal 032
Herkansingen n.n.b. n.n.b.
Regels
Onderwijsinstituut Faculteit Geesteswetenschappen, Wijsbegeerte
Studiepunten 7,5 ECTS
Code WY2V14017 (niveau 2)
Niveau 2
Ingangseisengeen
Periode 4 (V)
Voertaal Nederlands
Coördinator Dr. R.C.H.M. van Gerwen
Docent Dr. R.C.H.M. van Gerwen
Feedback Uitslagen en eventueel commentaar retour binnen 10 dagen bij toetsen en tijdig ingeleverde reflecties.
Bereikbaarheid Via e-mail
en deze website
Werkvormen Hoorcollege 2 x per week 2 uur
Werkcollege 1 x per week 2 uur
Toelichting Dagcollege.
Voorbereiding bijeenkomsten Studenten moeten alle bijeenkomsten voorbereiden door studie van de te bespreken literatuur, en vier werkgroepen door het schrijven van een reflectie (600 woorden) over de stof van de voorgaande colleges.
Bijdrage aan groepswerk Discussie over de reflecties van collega-studenten; bijdragen aan de interpretatie van de bestudeerde teksten.
Toetsen
Tussentoets (30%), eindtoets (40%) en "actieve aanwezigheid" (dit is inclusief drie reflectie van max. 600 woorden, die summatief beoordeeld worden) (30%)
Wat wordt er beoordeeld Kennis en begrip van de geschiedenis van de kunstfilosofie, en actuele filosofische kwesties met betrekking tot de kunsten.
Aspecten van academische vorming 1. Bestuderen en analyseren van informatie.
2. Schrijven (algemeen) - diverse typen teksten plannen, schrijven, herschrijven en afwerken.
3. Wetenschapsfilosofische context.
4. Synthetiseren en structureren van informatie.
Verplicht studiemateriaal


boek: Rob van Gerwen: Moderne filosofen over kunst, Klement, 2017. (Kosten: € 28,50.)
Losse teksten worden via Blackboard aangeboden.


Philosophy of the Arts, a blog by Rob van Gerwen

De bijeenkomsten

Week 1
Maandag 23 april 2018

Werkgroep 1 Kristeller en schoonheid

Om erin te komen, bespreken we in deze eerste werkgroep stellingen over de stof van het voorafgaande hoorcollege.

Hoorcollege 1 Inleiding

  • Hoe zit deze cursus in elkaar? Welke regels gelden er?
  • Wat is filosofie? Wat zijn open en gesloten vragen?
  • Wat is geschiedenis van de filosofie en wat is ideeëngeschiedenis?
  • Wat is filosofie van de kunst? (Is het wel een zelfstandige filosofische discipline?)
  • Wat is schoonheid en hoe verhoudt ze zich tot kunst?
  • Wat is kunst?

Vragen en Posities

Waar bevinden zich esthetische waarden en eigenschappen? In het mooie object of in de aangename gewaarwording? (objectivisme versus subjectivisme)
Leveren kunstwerken ons (een speciaal soort) kennis? (cognitivisme)
Mag (en kan) kunst moreel beoordeeld worden? (autonomisme versus moralisme)
Is de vorm van de inhoud te scheiden? (formalisme vs. monisme)
Is het esthetische een onderdeel van het alledaagse, of hoort het in de musea thuis? (pragmatisme)
Is de ervaring van natuurschoonheid te vergelijken met die van een kunstwerk?

Transcendentale benadering: Wat zijn de mogelijkheidsvoorwaarden voor esthetische oordelen?
Empirisme: Zijn smaakoordelen een soort waarnemingen?
Rationalisme: Kunnen smaakoordelen bewezen worden?
Dialektiek: Hoe verhoudt de kijker zich tot het kunstwerk?
Fenomenologie: Hoe ervaart de kijker het kunstwerk?
Hermeneutiek: Hoe begrijpt de kijker het kunstwerk?
Kritische theorie: Verandert het kunstwerk de samenleving?
Taalanalyse: Hoe moeten we de dingen begrijpen die we over kunst zeggen?

Waar we op college naar gaan kijken:

  • Late Show: discussie over esthetische kwaliteit


Vooraf lezen:

Rob van Gerwen, 2016. “I Schone kunst. ” In Moderne filosofen over kunst, 15–37.
Kristeller, Paul Oskar. 2008. “The Modern System of the Arts.” In Aesthetics: A Comprehensive Anthology, edited by Steven M. Cahn and Aaron Meskin, 3–15. Oxford: Blackwell.
Donderdag 26 april 2018

Hoorcollege 2 Baumgarten: kunst als zintuiglijke kennis

Een mooi kunstwerk presenteert perfecte kennis van de zintuiglijke soort.
Of, zoals Baumgarten het zegt: "Het doel van de esthetica is de perfectie (vervolmaking) van de zintuiglijke kennis als zodanig. Daarmee is echter de schoonheid bedoeld." (Aesthetica, § 14).

Wat er op college besproken wordt
Alexander Gottlieb Baumgarten (1714-1762) rationalist, cognitivist vatte de esthetica op als een filosofische discipline die én over de zintuiglijkheid én over kunst gaat. De esthetica zit dus vanaf het begin op twee sporen. Volgens Baumgarten perfectioneert de kunstenaar zijn zintuiglijke waarneming (dankzij zijn 'analogon rationis') en presenteert grootse kunst perfecte zintuiglijke kennis. We zullen op college bespreken wat daar allemaal in vervat is: in het analogon rationis van de kunstenaar en in die perfecte kennis die in het kunstwerk zou zitten.
De disciplinekwestie: epistemologie vs. esthetica

Waar we op college naar gaan kijken:

  • Chantal Akerman: News from Home


Vooraf lezen:

Rob van Gerwen, 2016. “II Alexander Gottlieb Baumgarten.” In Moderne filosofen over kunst, 39–62.

Verdieping (facultatief).

Gottfried Wilhelm Leibniz: The Monadology online
Week 2
Maandag 30 april 2018

Werkgroep 2 oefenreflectie over Kristeller en schoonheid

Vandaag bespreken we jullie oefenreflectie over het moderne systeem van de schone kunsten en/of Baumgarten; eerst in groepjes, dan plenair. Deze reflectie wordt niet becijferd; hij is om te oefenen.

Hoorcollege 3 Hume: over smaak valt best te twisten (of toch niet?)

"Strong sense, united to delicate sentiment, improved by practice, perfected by comparison, and cleared of all prejudice, can alone entitle critics to this valuable character; and the joint verdict of such, wherever they are to be found, is the true standard of taste and beauty."

Wat er op college besproken wordt
David Hume (1711-1776), empirist, subjectivist meende dat, ook al zijn we het er vaak over eens wat de meesterwerken zijn (zeker nadat ze de tand des tijds hebben doorstaan), iedereen toch zijn eigen beleving van kunstwerken heeft, vooral omdat niet iedereen even goed kijkt en er dezelfde soort kennis en vaardigheden bij gebruikt. Vanwaar die onbetwistbaarheid van de smaakoordelen, wat is de rol van de discussie die critici met hun tijdgenoten voeren, wat maakt de goede criticus uit? Hoe laat zich Hume's subjectivisme verdedigen?
De verhouding tussen onze waarneming en ons gevoel (het schoonheidssentiment):
primaire en secundaire kwaliteiten (Locke)
... en tertiaire (Scruton).
De waarheid van het smaakoordeel (Savile)

Waar we op college naar gaan kijken:

  • Luis Bunuel: Un Chien Andalou


Vooraf lezen:

Rob van Gerwen, 2016. “III. David Hume.” In Moderne filosofen over kunst, 63–92.

Verdieping (facultatief).

Hume, David. 1985. “Of the Standard of Taste.” In Essays Moral Political and Literary, 226–250. Indianapolis: Liberty Fund, al. 15 e.v.: de vergelijking met de wijnproevers. Edmund Burke: A Philosophical Inquiry into the origin of our ideas of The Sublime and Beautiful here
Donderdag 3 mei 2018

Hoorcollege 4 Kant over het (zuivere) smaakoordeel

Als iets mooi is, bezorgt het ons een vrij spel der kenvermogens. De autonomie van het esthetische ervaringsdomein.

Wat er op college besproken wordt
Immanuel Kant (1724-1804), transcendentaal subjectivist: om iets (wat dan ook) terecht mooi te vinden moet men van goede huize komen: men moet ervoor abstraheren van zijn (morele en esthetische) waarden, zijn kennis, concepten in het algemeen, zintuiglijke prikkelingen, belangen en doelen, en moet zich in volle vrijheid op de formele eigenschappen van het object concentreren.
De disciplinekwestie: epistemologie vs. esthetica; theorie van de zintuiglijkheid; rol van de verbeelding in het kennen.
Schijn van een formalisme

Waar we op college naar gaan kijken:

  • J.S. Bach: Golberg Variationen [Gould, Schiff of Leonardt: gaat het om de tonen of de formele structuur]


Vooraf lezen:

Rob van Gerwen, 2016. “IV. Immanuel Kant over schoonheid.” In Moderne filosofen over kunst, 93–116.
Kant: Kritik der Urteilskraft, § 17 "Vom Ideale der Schönheit" (Engelse vertaling van Werner Pluhar, op Blackboard)

Verdieping (facultatief).

Gerwen, Rob van. 1999. “Kant on What Pleases Directly in the Senses.” Issues in Contemporary Culture and Aesthetics 9:71–83. enlisted only
Week 3
Maandag 7 mei 2018

Werkgroep 3 Baumgarten en Hume (en Kant)

Vandaag bespreken we de stof van de voorgaande colleges, en paragraaf 17 uit Kants Kritik der Urteilskraft. Zorg ervoor dat je die paragraaf vooraf goed gelezen hebt.

Hoorcollege 5 Kants kunstfilosofie

Ook schone kunst is doelmatig zonder (extern) doel. Het schoonheidsideaal treedt daar op waar een wezen zijn bestemming van binnenuit zelf voortbrengt, d.w.z. alleen bij de (morele) mens.

Wat er op college besproken wordt
Kant over kunst (expressivisme en een ethisch soort autonomisme): Omdat kunst altijd bedoeld is, ontkom je er niet aan haar onzuiver te beoordelen. Men hoeft over kunst ook niet zuiver te kunnen oordelen. Kunst raakt onze ziel, ons moreel innerlijk. En ideale schoonheid is alleen daar waar zo'n moreel innerlijk wordt uitgedrukt.
De hiërarchie der kunsten.

Waar we op college naar gaan kijken:

Potemkin

Pantserkruiser Potemkin. (trappenscène)

Sergei Eisenstein.


Vooraf lezen:

Rob van Gerwen, 2016. “V. Immanuel Kant over kunst.” In Moderne filosofen over kunst, 117–145.

Verdieping (facultatief).

Gerwen, Rob van. 2001. “On Exemplary Art as the Symbol of Morality. Making Sense of Kant’s Ideal of Beauty.” In Kant und die Berliner Aufklärung. Akten des IX. Kant Kongresses, Volume 3, 553–62. Berlin, New York: Walter de Gruyter. enlisted only
Kant, Immanuel. 2008. “Critique of Judgment.” In Aesthetics: A Comprehensive Anthology, edited by Steven M. Cahn and Aaron Meskin, 146–56. Oxford: Blackwell.
I. Kant: Kritik der Urteilskraft, § 17 "Vom Ideale der Schönheit" (English tr. J.C. Meredith)
Donderdag 10 mei 2018 (Hemelvaart)

Geen colleges

Week 4
Maandag 14 mei 2018

Werkgroep 4 deadline reflectie; Kant en Hegel

Bespreking eerste reflectie, over Kants esthetica, in groepjes. Deze reflectie moet voor middernacht digitaal ingediend worden en wordt becijferd. Daarnaast bespreken we vragen over, of naar aanleiding van Kant en Hegel.

Hoorcollege 6 Hegel: kunst en de geest

De filosofie is zo ver ontwikkeld dat kunst van haar taak (van weergave van zelfbewustzijn van de geest) verlost is: "het einde van kunst".

Wat er op college besproken wordt
Georg Wilhelm Friedrich Hegel (1770-1831), dialektiek, monisme: in een schoon kunstwerk zijn het materiaal en de geest (Geist) onlosmakelijk.
De geschiedenis is een opeenvolging van perioden waarin kunst, religie en filosofie erom strijden wie het beste soort zelfbewustzijn van de geest voortbrengt.
In de geschiedenis van de kunst van de Egyptenaren, via de klassieke Grieken, naar de 'hedendaagse' Romantische kunsten is te zien hoe kunst langzaam maar zeker overbodig wordt.
Het einde van de kunst
De disciplinekwestie: epistemologie vs. esthetica; filosofie vs. kunst.


Vooraf lezen:

Rob van Gerwen, 2016. “VI. G.W.F. Hegel.” In Moderne filosofen over kunst, 147–176.

Verdieping (facultatief).

Gerwen, Rob van. 2000. “Hegel’s Dialectics was Geared to Art. He Had No Business ‘Ending’ It.” In Hegels Ästhetik. Die Kunst der Politik–Die Politik der Kunst, edited by Karol Bal Andreas Arndt and Henning Ottmann, Volume 2000, 68–74. Berlin: Akademie Verlag. »  Hegel Geared To Art (134K)
Donderdag 17 mei 2018

 
Geen college. Bereid je voor op de tussentoets

Week 5
Maandag 21 mei 2018 (Pinksteren)

 
Geen bijeenkomsten.

Donderdag 24 mei 2018

7 Film: David Hockney: Secret Knowledge en vragenuur

Bereid concrete vragen voor over de stof van de tussentoets: probeer zo duidelijk mogelijk aan te geven wat er nog niet duidelijk is, zodat we dit efficiënt kunnen bespreken.

Wat de film betreft die we gaan bekijken: BBC-documentaire n.a.v. David Hockney's boek: Secret Knowledge: Rediscovering the Techniques of the Old Masters (2001). Duur: 70 minuten, met ondertitels.

Hoe krijg je grip op de kunstgeschiedenis? Hockney probeert het door goed naar schilderijen te kijken. Hoe werkt dat, welke wetenschappelijke status heeft het?

We kijken op college naar de film en discussiëren daarna plenair. Vorm ter voorbereiding op de bijeenkomst van vandaag een mening over "The Hockney-Falco Thesis" dat bepaalde ontwikkelingen in de kunstgeschiedenis het gevolg zijn van het gebruik van lenzen en spiegels door schilders.
Zoek hiervoor materiaal en argumenten op het internet. Neem niet alleen het geschreeuw over dat je op internet aantreft, maar verdiep je in de argumenten.

 

  • (Deze versie op Youtube is in 2 delen en zonder ondertitels.)
Oriënteer je vooraf:
David Hockney and Falco: "The Hockney-Falco Thesis"
Diverse teksten waarin de hypothese besproken, aangevuld en bekritiseerd wordt: Art & Optics.
Week 6
Maandag 28 mei 2018
13.30-16.30 uur

Tussentoets

Ruppertgebouw, Blauw

Alle stof tot en met Hegel.


Donderdag 31 mei 2018

Hoorcollege 8 Schopenhauer: jezelf vergeten in kunst

De muziek verlost ons van het lijden aan de wereld. Kunst maakt het leven draaglijk.

Wat er op college besproken wordt
Volgens Arthur Schopenhauer (1788-1860) kennen we de wereld altijd alleen als Vorstellung, maar nooit zoals ze in zichzelf is. En de wereld 'als Vorstellung' kennen, betekent dat ze zich altijd altijd al geschikt heeft naar de vormen en categorieën van onze kenvermogens (dat had Kant goed gezien). Wat we dan kennen is altijd al geïndividueerd, en daarmee begint ons lijden: want individuen zitten elkaar onherroepelijk in de weg. We kunnen alleen ontkomen aan dit lijden aan de werkelijkheid wanneer we ophouden de wereld als kenner tegemoet te treden. Dat kan bijvoorbeeld door ons exclusief op de algemene vormen van de dingen te richten (dat had Plato goed gezien). Echter helemaal los van de principia individuationis komen we daarmee niet.
Echt in contact met de wereld zoals ze in zichzelf is, de wereld als wil, als blinde streving, komen we via meditatie, of, tijdelijk: via kunst.
Via kunst komen we in contact met de Platoonse idee achter het een of ander en zolang we in het werk opgaan, zolang zijn ze we van onze eigen individualiteit verlost. Niet alle kunsten zijn hier even goed in. De tragedie doet het beter dan de schilderkunst, maar het allerbeste doet de muziek het: die is pure verklanking van strevingen en wederstrevingen.


Vooraf lezen:

Rob van Gerwen, 2016. “VII. Arthur Schopenhauer.” In Moderne filosofen over kunst, 177–199.
 

Verdieping (facultatief).

Nietzsche, Friedrich: Götzendämmerung: "Wie die "wahre Welt" endlich zur Fabel wurde."
Week 7
Maandag 4 juni 2018

Werkgroep 5 Nietzsche over twee krachten in de kunst

We bespreken in de werkgroep passages uit Nietzsches boek Geburt der Tragödie.
Mede uit bewondering voor Schopenhauers benadering onderscheidt Nietzsche in zijn dissertatie, Die Geburt der Tragödie aus dem Geiste der Musik, twee krachten in de kunsten: een apollinische kracht van de vorm (de droom, het beeld) en een dionysische kracht van de oerdrift (de roes, dronkenschap). Het is niet moeilijk om hier Schopenhauers onderscheid tussen de Voorstelling en de Wil terug te zien.

Nietzsche, Friedrich. 2008. “The Birth of Tragedy.” In Aesthetics: A Comprehensive Anthology, edited by Steven M. Cahn and Aaron Meskin, 222–32. Oxford: Blackwell.
(Lees evt. de originele Duitse tekst, sla Versuch einer Selbstkritik en Vorwort an Richard Wagner over, en lees dan paragrafen 1, 2, 3, 4 en 7.)

Hoorcollege 9 Ingarden, de fenomenologie van de esthetische houding

Een goed kunstwerk drukt de metafysische waarden van het leven uit. (Een eerste expressie-theorie van kunst?)

Wat er op college besproken wordt
Roman Ingarden (1893-1970), fenomenoloog, subjectivistisch cognitivisme: de esthetische ervaring van kunst houdt een breuk met de alledaagse ervaring in die zijn weerga niet kent. In een esthetische ervaring staat het esthetische object centraal: esthetische waarden.
Ingarden onderscheidt tussen materiële objecten (1) (het schilderij aan de muur, met die en die meetbare eigenschappen (omvang, gewicht)), kunstwerken (2), potentiële objecten met lacunes die nog ingevuld moeten worden; die pas als ze in de esthetische ervaring van de beschouwer tot een samenhangend esthetisch object (3) leiden, zich als kunst realiseren.
Kunstwerken kunnen op vele momenten (en manieren) zo'n esthetische ervaring verknoeien en een negatief eindoordeel over hun artistieke waarde 'verdienen'. Is een kunstwerk geslaagd, en een ervaring tot het einde toe volvoerd, dan beleven we een Gestalt kwaliteit, die ons metafysische waarden van het leven bijbrengt.

Het geslaagde kunstwerk is dus de expressie van iets niet-materieels.

Waar we op college naar gaan kijken:

  • Robert Bresson: L'argent


Vooraf lezen:

Rob van Gerwen, 2016. “VIII. Roman Ingarden.” In Moderne filosofen over kunst, 201–222.
donderdag 7 juni 2018

Hoorcollege 10 Gadamer.

Het begrijpen van de mens vangt aan met de kunst.

Wat er op college besproken wordt
Hans-Georg Gadamer (1900-2001), hermeneuticus, cognitivist: Het grootste probleem waarvoor de mens gesteld is, is de ander te begrijpen. Dit is nergens prangender dan bij mensen uit andere tijden en culturen. Hoe kunnen wij weten wat zij ervaren (hebben)? Hoewel dit een historisch dan wel antroplogisch probleem is, vormt kunst er een primaire oplossing voor. Een kunstwerk wordt namelijk door iedereen gelijktijdig ervaren.

Waar we op college naar gaan kijken:

  • Peter Greenaway: TV-Dante (beeld en interpretatie)


Vooraf lezen:

Rob van Gerwen, 2016. “IX. Hans-Georg Gadamer.” In Moderne filosofen over kunst, 223–246.

Verdieping (facultatief).

Gerwen, Rob van. 2001. “Gadamer over gelijktijdigheid.” Feit & fictie V:120–28. (zie Blackboard). Heidegger, Martin. 2008. “The Origin of the Work of Art.” In Aesthetics: A Comprehensive Anthology, edited by Steven M. Cahn and Aaron Meskin, 344–57. Oxford: Blackwell.
Week 8
maandag 11 juni 2018

Werkgroep 6 + Deadline reflectie

Bespreking in groepjes van de voorlaatste versie van je tweede reflectie, over Schopenhauer / Ingarden / of Gadamer. Deze reflectie wordt becijferd; Hij moet voor middernacht na de werkgroep digitaal ingediend worden.
Verder bespreken we kwesties met betrekking tot Ingarden, Gadamer (en Adorno).

Hoorcollege 11 Adorno: Kunst als het schijnen der waarheid

"Zur Selbstverständlichkeit wurde, daß nichts, was die Kunst betrifft, mehr selbstverständlich ist, weder in ihr noch in ihrem Verhältnis zum Ganzen, nicht einmal ihr Existenzrecht." Ästhetische Theorie, 9.

Wat er op college besproken wordt
Theodor Wiesengrund Adorno (1903-1969), Kritische Theorie, negatieve dialektiek, particularist: Denken volgens de gebruikelijke categorieën is identificeren, een identiteit geven, identiek maken. Niet alleen stelt zulk denken ons in staat de wereld, de natuur en onszelf te beheersen; het negeert ook de particulariteit van het eenmalige.
Kunst kan ons tijdelijk van die onderdrukking redden, ze kan de waarheid doen oplichten. Om geen identificerende afbeelding te produceren, zoals we die van de televisie en de reclame kennen, maar een waar beeld, moet een kunstwerk gemaakt zijn volgens de verst gevorderde technieken en met hedendaagse materialen.

Waar we op college naar gaan kijken:

  • Stephen Spielberg: Schindler's list
  • Claude Lanzmann: Shoah


Vooraf lezen:

Rob van Gerwen, 2016. “X. Theodor W. Adorno.” In Moderne filosofen over kunst, 247–273.

Verdieping (facultatief).

Claude Lanzmann: "Schindler's List is een onmogelijk verhaal" enlisted only [Ook op Blackboard]
Discussie over Lanzmann's artikel ['work in progress'; voel je vooral uitgenodigd tot commentaar].
Donderdag 14 juni 2018

Hoorcollege 12 Kunstkritiek en esthetische normativiteit

Kritiek is retrieval: de reconstructie van het creatieve proces. "Something not stopping short of, but terminating on the work of art itself." (Wollheim, p. 185)
Als dit achterhalen van het creatieve proces klaar is, staat het werk open voor begrip.

Om kunst kritisch te onderzoeken zul je volgens Richard Wollheim ook moeten kijken naar de overwegingen die de kunstenaar had bij het maken van haar werk. Sommige van die overwegingen heeft ze succesvol verwerkelijkt in haar werk, sommige niet. Daarvoor is het wel zaak ervan uit te gaan dat er een maker achter een werk zit, zoals dat in het moderne systeem van de schone kunsten gewoon is.
Roland Barthes zou zich hier niet mee kunnen verenigen, want volgens hem is de auteur dood. Hij bedoelt dat we een tekst kunnen begrijpen zonder ons eerst in de auteur te hoeven verdiepen: iedere keer dat iemand een boek leest, krijgt het nieuwe betekenis.

Waar we op college naar gaan kijken:

Jean-Luc Godard: TX


Vooraf lezen:

Barthes, Roland. 1981. “The death of the author.” In Image Music Text, Essays selected and translated by Stephen Heath, 142-149. Fontana Press, 1977. (Blackboard)
Wollheim, Richard. 1980. “Criticism as Retrieval.” In Art and its Objects. Second edition, 185–204. Cambridge, New York: Cambridge University Press.

Verdieping (facultatief).

Wollheim, Richard. 1980. Art and its Objects. Second edition. Cambridge, New York: Cambridge University Press.
____________. 1993. “Pictorial Style: Two Views.” In The Mind and its Depths, 171–184. Cambridge (Mass.), London (England): Harvard University Press.
Week 9
maandag 18 juni 2018

Werkgroep 7 + reflectie (deadline Donderdag 21 juni 2018)

We bespreken de derde reflectie over Adorno of Wollheim (over kunstkritiek), in groepjes. Deze reflectie wordt becijferd; Hij moet donderdag a.s. voor middernacht digitaal ingediend worden.
Daarnaast besteden we aandacht aan de stof van de laatste twee colleges.

Hoorcollege 13 De rechtvaardiging van smaakoordelen

Ook aan de zijde van onze categorieën bestaan er normen voor de correctheid van smaakoordelen

Wat er op college besproken wordt
Hoe rechtvaardigen wij onze kritische oordelen? Verschuilen we ons achter onze eigen smaak of zijn er criteria in het geding? Volgens Walton maakt het veel uit onder welke categorieën we een kunstwerk beoordelen en kun je het inderdaad verkeerd hebben.

Vooraf lezen:

Walton, Kendall. 2008. “Categories of Art.” In Aesthetics: A Comprehensive Anthology, edited by Steven M. Cahn and Aaron Meskin, 521–37. Oxford: Blackwell.


Verdieping (facultatief):

Maes, Hans. 2008. “Esthetica en Theorievorming: Interview met Kendall Walton.” Esthetica: Tijdschrift voor Kunst en Filosofie. online (Goede inleiding in werk van Walton).
Donderdag 21 juni 2018

 
Geen college. Bereid je voor op de tussentoets

Week 10
maandag 25 juni 2018
13.15-16.15 uur
Alle stof vanaf (en zonder) Hegel.

Eindtoets

Drift 21, zaal 032