Werkcolleges Inleiding Logica voor CKI

collegeweek   1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 | 8 | 9 | 10

werkcollege 8 (donderdag 31 oktober 2013)

• Opgaven te doen op de werkgroep. Uit predikatenlogicasyllabus, uit hoofdstuk 8: 1(a), 1(b), 1(c), 1(g), 1(h), 1(i), 1(n), 1(o), 1(p), 1(y).
• Inleveropgaven, in te leveren met de practicumopgaven op maandag 4 november. Uit predikatenlogicasyllabus, uit hoofdstuk 8: 1(d), 1(e), 1(f), 1(j), 1(v) 1(z).

werkcollege 7 (donderdag 24 oktober 2013)

• Opgaven te doen op de werkgroep. Uit predikatenlogicasyllabus, uit hoofdstuk 5: 1(a), 1(b), 1(c), 2(a), 2(b), 2(c), 3(a), 3(b), 3(c), 4(a), 4(b), 4(c).
• Inleveropgaven, in te leveren met de practicumopgaven op maandag 28 oktober. Uit predikatenlogicasyllabus, uit hoofdstuk 5: 1(d), 1(e), 2(d), 2(e), 3(d), 3(e), 4(d).

werkcollege 6 (donderdag 17 oktober 2013)

• opgaven te doen op de werkgroep. Uit predikatenlogicasyllabus, uit hoofdstuk 4: 5(a), 5(b), 5(c), 6(a), 6(b), 6(c), en uit hoofdstuk 6: 1(a), 1(b), 1(c), 2(a), 2(b), 3(a), niet in dictaat: beschrijf de natuurlijke getallen met een constante voor nul en een relatiesymbool voor <, de strikte ordeningsrelatie, als een model: geef signatuur, domein en interpretatiefunctie. Kun je in de bijbehorende taal een formule opschrijven waar alleen het getal 1 aan voldoet? En een formule waar alleen 2 aan voldoet?
• inleveropgaven, in te leveren met de practicumopgaven op maandag 21 oktober. Uit predikatenlogicasyllabus, uit hoofdstuk 4: 5(d), 5(e), 6(d), 6(e), en uit hoofdstuk 6: 1(d), 2(c), 2(d), 3(b), niet in het dictaat: beschrijf de kerktorens van Nederland met een constante voor de Domtoren en met predikaatsymbolen voor `is langer dan' en `is gelijk aan' als een model: geef signatuur, domein en interpretatiefunctie. (NB: ik heb een `spookopgave' verwijderd.)

werkcollege 5 (donderdag 10 oktober 2013)

• opgaven te doen op de werkgroep. Uit propositielogicasyllabus, uit hoofdstuk 9: 8(i), 8(iv), 8(viii), 8(xi). Beargumenteer informeel hoe LEM (law of excluded middle, A of niet A) gebruikt kan worden om de waarheid van Smullyan's drinking principle in te zien; uit predikatenlogicasyllabus, uit hoofdstuk 3: 1(a), 1(b), 2(a), 2(b), en uit hoofdstuk 4: 1(a), 1(b), 3(a), 3(b), 3(c), 4(a), 4(e).
• inleveropgaven, in te leveren op maandag 14 oktober (nota bene: er hoeven dan alleen werkgroepopgaven ingeleverd te worden; er zijn geen practicumopgaven). Uit propositielogicasyllabus, uit hoofdstuk 9: 8(x), 8(xii), 8(xv); uit predikatenlogicasyllabus, uit hoofdstuk 3: 1(c), 1(d), 2(c), 2(d), en uit hoofdstuk 4: 1(c), 3(d), 3(e).

werkcollege 4 (donderdag 3 oktober 2013)

Toevoeging 3 oktober 17:40: het is de bedoeling om de (inlever)opgaven uit hoofdstuk 7 te maken met behulp van een stapsgewijze transformatie gebruikmakend van equivalenties als op het hoorcollege behandeld, dus niet met waarheidstafels (zie ook de slides van maandag).

• opgaven te doen op de werkgroep. uit de propositielogicasyllabus, uit hoofdstuk 8: 2(i), 2(ii), 3(iii), 4(i), 4(iii), 6(i), 8, 11; uit hoofdstuk 7: 1(i), 3(i) en 3(iv) alleen dnv, 1(ii).
• inleveropgaven, in te leveren, met de practicumopgaven, op maandag 7 oktober vóór de toets. uit de propositielogicasyllabus, uit hoofdstuk 8: 2(iii), 3(iv), 4(ii), 6(v), 12; uit hoofdstuk 7: 3(ii) en 3(iii) alleen dnv.

werkcollege 3 (donderdag 26 september 2013)

• opgaven te doen op de werkgroep. uit de propositielogicasyllabus, uit hoofdstuk 6, 1(i),2(i),4(v),5(ii),6; uit hoofdstuk 9, 1(i),2(ii),4(iv),4(v),7(v); uit hoofdstuk 8, 1(i),1(ii); uit de inductiesyllabus: 3.1.8(d).
• inleveropgaven, in te leveren, met de practicumopgaven, op maandag 30 september vóór het hoorcollege. uit de propositielogicasyllabus, uit hoofdstuk 6, 1(ix),4(vi); uit hoofdstuk 8, 1(v); uit hoofdstuk 9, 7(iii),7(ix); uit de inductiesyllabus: 3.1.8(c).

werkcollege 2 (donderdag 19 september 2013)

• opgaven te doen op de werkgroep. uit de inductiesyllabus: 2.0.1, 2.1.5(a), 2.3.4 de eerste twee, 3.1.7(i) de tweede en de laatste, 3.1.7(iii). uit de propositielogicasyllabus hoofdstuk 4, sectie 5: 1 de eerste 3, 2 de eerste 3 4, 5(i), 5(iii), 6(iii), 6(v).
  Ter vermaak (een puzzel van Smullyan):

  Edgar Abercrombie was an anthropologist who was particularly interested in the logic and sociology of lying and truth-telling. One day he decided to visit a cluster of islands where a lot of lying and truth-telling activity was going on! The first island of his visit was the Island of Knights and Knaves. On the day of his arrival, Abercrombie came across three inhabitants, whom we will call A, B and C. He asked A: ''Are you a knight or a knave?'' A answered, but so indistinctly that Abercrombie could not understand what he said. He then asked B: ''What did he say?'' B replied: ''He said that he is a knave.'' At this point, C piped up and said: ''Don't believe that; it's a lie!'' Was C a knight or a knave?

  Modelleer de puzzel en de oplossing/redenering zo precies mogelijk, waar mogelijk met gebruikmaking van de logische vocabulaire/logische technieken.
• inleveropgaven, in te leveren, met de practicumopgaven, op maandag 23 september vóór het hoorcollege. uit de inductiesyllabus: 2.1.5(b),2.3.4 de vijfde,3.1.7(i) de derde. uit de propositielogicasyllabus hoofdstuk 4, sectie 5: 2 de laatste 3, 5(iv), 6(vi), 7(i).

werkcollege 1 (donderdag 12 september 2013)

• op de werkgroep te behandelen: Hoofdstuk 2: 2,4,6,8. Hoofdstuk 3: 1(ii),(iv),(ix) en 2(ii),(iv),(ix).
  beargumenteer voor het experiment zoals op het eerste hoorcollege uitgevoerd, met 4 kinderen waarvan er 2 modder op hun hoofd hebben, dat de kinderen die geen modder op hun hoofd hebben dit pas in de derde vragenronde weten (waar we gezien hadden dat de kinderen die wel modder op hun hoofd hebben dit al in de tweede ronde wisten). schrijf ieder van de gebruikte argumenten precies (maar compact, in natuurlijke taal) mogelijk op, een argument per regel.
• in te leveren (maandag 16 september): Hoofdstuk 2: 11-14. Hoofdstuk 3: 1(v)-(vii) en 2(v)-(vii).
  

collegeweek   1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 | 8 | 9 | 10

Inleveropgaven dienen zelfstandig gemaakt te worden. Onderdelen van de opgegeven sommen uit de syllabus die noch bij de werkgroepopgaven noch bij de inleveropgaven voorkomen, kunt u natuurlijk zelf (buiten de werkgroepen) maken. Ook over die opgaven kunt u desgewenst vragen stellen tijdens de werkgroepen.

De huiswerkopgaven (voor zowel werkgroepen als practica) dienen op papier ingeleverd te worden vóór aanvang van het hoorcollege (op maandag, tenzij anders gespecificeerd), in de map van uw werkgroep. Voorzie al uw bladen van naam, studentnummer, en werkgroepnr/studentassistent. Mocht u meerdere blaadjes gebruikt hebben, dan dienen deze op deugdelijke wijze met elkaar verbonden te zijn.